Leidse Schouwburg
Op 23 februari 1705 kreeg Jacob van Rijndorp, acteur en leider van rondreizend theatergezelschap 'de Groote Compagnie', van de Leidse magistraat toestemming om een theater te bouwen aan de Oude Vest.
Op 23 februari 1705 kreeg Jacob van Rijndorp, acteur en leider van rondreizend theatergezelschap 'de Groote Compagnie', van de Leidse magistraat toestemming om een theater te bouwen aan de Oude Vest. Met een subsidie van 500 guldens én vrijstelling van belastingen begon hij aan de bouw: op 1 oktober 1705 opende het theater zijn deuren met de voorstelling 'Belegering ende Ontset der Stadt Leyden' van Reynerius Bontius. Leiden was daarmee, na Amsterdam en Den Haag, de derde Nederlandse stad met een vast publiek theater. Toen Van Rijndorp stierf, nam zijn weduwe het beheer over. De Leidse schouwburg bleef nog tot in 1779 in de familie.
Ondanks vergrotingen en uitbreidingen bleek…
Op 23 februari 1705 kreeg Jacob van Rijndorp, acteur en leider van rondreizend theatergezelschap 'de Groote Compagnie', van de Leidse magistraat toestemming om een theater te bouwen aan de Oude Vest. Met een subsidie van 500 guldens én vrijstelling van belastingen begon hij aan de bouw: op 1 oktober 1705 opende het theater zijn deuren met de voorstelling 'Belegering ende Ontset der Stadt Leyden' van Reynerius Bontius. Leiden was daarmee, na Amsterdam en Den Haag, de derde Nederlandse stad met een vast publiek theater. Toen Van Rijndorp stierf, nam zijn weduwe het beheer over. De Leidse schouwburg bleef nog tot in 1779 in de familie.
Ondanks vergrotingen en uitbreidingen bleek het gebouw op den duur niet meer te voldoen. In 1865 volgde dan ook een ingrijpende verbouwing naar een plan van stadsarchitect Jan Willem Schaap. Er kwam een nieuwe gevel en de zaal kreeg haar huidige hoefijzervorm, geïnspireerd op Italiaanse theaters. Alleen de toneeltoren uit 1809 bleef gehandhaafd.
Het voortbestaan van de Leidse Schouwburg was in de jaren '60 van de 20ste eeuw zeer onzeker; er waren vergevorderde plannen voor totale sloop en nieuwbouw op een andere plaats in Leiden. Door geldgebrek besloot het stadsbestuur uiteindelijk tot restauratie en uitbreiding van de 'oude dame'. Deze ingrijpende renovatie vond plaats tussen 1974 en 1976 onder leiding van architect Onno Greiner. Slechts de muren en de balkons bleven op hun plek. Bij de laatste verbouwing in 1997 keerde de Leidse Schouwburg terug naar het traditionele rode pluche, de kroonluchters en de gouden ornamenten uit de 19de eeuw.
Openingstijden
- Elke maandag open
- Elke dinsdag open
- Elke woensdag open
- Elke donderdag open
- Elke vrijdag open
- Elke zaterdag open
- Elke zondag open